Vragen & Antwoorden
Deze pagina bevat vragen over de waterberging die vaker gesteld worden én de antwoorden daarop.
Natuurlijke vijver
Door de dichte bodem van klei staat er altijd een laag van minimaal 1 meter water in de vijver. Als het waterpeil te laag wordt (bijvoorbeeld door verdamping bij droogte), wordt er grondwater bijgepompt via een pomp die dat nu ook al doet bij de huidige vijver.
We zorgen dat de vijver zichzelf deels schoonhoudt door te werken met helofytenfilters. Dit zijn bepaalde planten die een zuiverende werking hebben. De vijver wordt daarnaast ook schoongemaakt door vuil, blad en andere plantenresten te verwijderen en eventueel te baggeren.
Daar zorgen we voor door een combinatie van een helofytenfilter (dit zijn bepaalde planten), voldoende diepte, het weghalen van blad en de fontein.
Dat is niet anders dan in de huidige situatie. De fontein zorgt ook voor verbetering van de waterkwaliteit. En er is een pomp waarmee grondwater kan worden opgepompt om de vijver in tijden van droogte bij te vullen.
Er is een bestaande pomp voor het bijvullen van water. Deze pomp blijft ook in de nieuwe situatie. De pomp is aangesloten op grondwater. Dit is enkele keren per jaar nodig en gebeurt handmatig.
Naar verwachting heeft Laren eens per 10-15 jaar te maken met een hoosbui zoals in 2014. Daarbij viel 46mm in een uur. Bij zo’n bui moet in het centrum een hoeveelheid van 1.400 m3 water tijdelijk geborgen worden. Buien waarbij nog meer water valt, zijn op andere plekken in Nederland al eens gevallen.
Het water van regenbuien dat op de straten rondom de Brink valt, wordt op dit moment opgevangen in de straatkolken in die straten. Deze straatkolken zijn aangesloten op het riool, waardoor het water van normale buien via het riool afgevoerd wordt. Vuil van straat blijft achter in de straatkolken die we regelmatig schoonmaken.
In de nieuwe situatie stromen de straatkolken bij hevige buien in principe via een ondergrondse buis over in de nieuwe natuurlijke vijver. Hier zijn eventueel ook nog andere oplossingen denkbaar.
Regenwater loopt op dit moment via de rijbaan van de straten rondom de Brink in straatkolken. Het eerste deel van dat water wordt afgevoerd via het riool, totdat de capaciteit van het riool niet meer voldoende is voor de hoosbui. De rest van het water stroomt in de nieuwe situatie in principe vanuit de straatkolken via een ondergrondse buis over in de nieuwe natuurlijke vijver. Daarnaast kan regenwater bij zeer stevige buien via een verlaging in de rand van de straat naar de vijver lopen.
Het meeste straatvuil komt mee met de eerste hoeveelheid water en blijft achter in de straatkolken. Daardoor is de extra hoeveelheid water die in de vijver terechtkomt hooguit zeer licht vervuild. We zorgen dat de vijver zichzelf deels schoonhoudt door te werken met helofytenfilters. Dit zijn bepaalde planten die een zuiverende werking hebben. De vijver wordt daarnaast ook schoongemaakt door vuil, blad en andere plantenresten te verwijderen en eventueel te baggeren.
In Nederland is het tegenwoordig heel gangbaar om regenwater dat op straat valt te laten infiltreren in de bodem. In nieuwbouwwijken in heel Nederland wordt standaard een gescheiden stelsel aangelegd, dus met een riool voor afvalwater en een apart infiltratieriool voor regenwater. Wanneer een riool in in bestaande wijken aan vervanging toe is gebeurt dit ook zo.
Wie een hond uitlaat is verplicht om hondenpoep meteen op te ruimen en daarvoor ook zelf de nodige hulpmiddelen (zakjes/schepje) mee te nemen. Als gemeente kunnen we zorgen voor voldoende afvalbakken.
Het water dat bovenin de vijver staat (alles boven het niveau van de dichte bak) infiltreert via de taluds (schuine helling) in de omliggende bodem waar het naar het grondwater zakt.
Door de zandbodem infiltreert het water snel: we verwacht dat het water binnen 48 uur weer op het normale peil is.
Voor de hellinghoek (‘schuinte’) van het talud (de helling tussen het waterniveau en het niveau van de paden/het gras) hanteren we de richtlijnen van CROW. Het gaat om een verhouding van 1:3, dus 20 graden ten opzichte van het vlakke maaiveld. Dit is een algemeen gebruikt hellingpercentage voor een natuurlijke en kindvriendelijke oever. Onder water loopt het talud in dezelfde lijn door. Dus vlakbij de kant is de vijver heel ondiep (maximaal 50cm tot een meter uit de kant). Bovendien komt er op een aantal plekken beplanting die een eventuele val kan breken. Daarmee is de vijver net zo veilig als de huidige vijver.
Bij de verdere uitwerking van het ontwerp kijken we ook naar beplanting en ander groen. Dan moet duidelijk worden of een treurwilg past in het ontwerp.
De paden worden aangelegd met een half-verharding (bijvoorbeeld Gralux) die afgewalst wordt ( = aangedrukt). Daardoor zijn de paden geschikt om soms onder water te staan.
Nee, dit zal enkele meters verplaatst moeten worden in overleg met betrokkenen.
Ja, dit kan blijven staan.
De rododendrons moeten helaas weggehaald worden. Wel planten we na de werkzaamheden nieuwe planten en struiken.
De eenden zijn vrij om te gaan waar ze willen. We verwachten dat ze in de nieuwe situatie terugkeren.
Synthegra heeft in opdracht van de gemeente Laren een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd in combinatie met een karterend booronderzoek op de Brink. Op grond van de resultaten van het onderzoek wordt voor de voorgenomen ontwikkeling van het plangebied geen nader archeologisch onderzoek geadviseerd. Het onderzoeksrapport is hier te vinden.
We houden rekening met opdruk van het grondwater. Zo komt de bodem niet omhoog. De breuken en scheuren in de huidige Coeswaerde bak komen ook door ouderdom/betonrot.
Ja, de natuurlijke vijver kan bij een hoosbui tot ca. 1.800 m3 regenwater opvangen. Dit is regenwater dat anders op de straten rondom de Brink zou blijven staan en mogelijk bij panden naar binnen zou lopen. Die 1.800 m3 water staat gelijk aan een bui van 60mm. Dat is nog meer dan de bui van 2014 waarbij 46 mm viel.
In de directe omgeving van De Rijt nemen we extra maatregelen om de panden daar te beschermen. Dit gebiedje ligt even laag als de Brink. Daardoor kan er nog steeds enige wateroverlast ontstaan, ook al vangt de natuurlijke vijver heel veel water op. Bij andere panden is dat niet nodig, omdat deze hoger liggen dan de Brink.
De kosten bedragen naar verwachting ca. 260.000 euro.
Nut, noodzaak en algemene vragen
Ja die is nodig. Per gebied in Laren voeren we alle maatregelen uit die zijn opgenomen in het Masterplan. Toch kan er dan nog steeds veel regenwater in het gebied rondom de Brink terechtkomen. Het gaat om regenwater dat in het gebied direct rondom de Brink valt + water dat vanuit omliggende gebieden (met name vanuit Hilversumseweg en Naarderstraat) over straat naar het lager gelegen gebied rondom de Brink loopt. Voor het centrumgebied is en blijft daarom een buffervoorziening nodig. Zie ook de toelichting op de webpagina van projectgebied Centrum en de animatievideo.
Bij normale buien houden die maatregelen het regenwater weg uit het centrum van Laren. Maar bij een extreme bui valt er zeer veel water valt in korte tijd. De maatregelen in andere gebieden zorgen dan nog steeds dat heel veel water direct in die gebieden in de bodem trekt. Maar door snelle stroming van het water bij een hoosbui kunnen de maatregelen niet alles opvangen. Om te voorkomen dat er bij een hoosbui geen druppel meer naar een ander gebied loopt, zouden we nog allerlei extra maatregelen moeten nemen. De kosten daarvan wegen niet op tegen de voordelen en zorgen voor een onrealistisch systeem.
Als alle maatregelen in andere gebieden zijn uitgevoerd behalve in het gebied van de Brink en er valt opnieuw een bui zoals in 2014, dan staat er weliswaar minder water in het gebied dan in 2014, maar in sommige delen nog steeds zo’n 20-30 cm. Dit water kan binnenlopen in woningen, winkels en (bedrijfs-)panden. Dit betekent nog steeds grote financiële schade en andere vervelende gevolgen. De oorzaak hiervan is dat het water nergens naartoe kan stromen, de Brink is het laagste punt. Wanneer het riool vol zit kan er geen water afgevoerd worden. Het gebied is een “badkuip” die volloopt. Zie ook de toelichting op de webpagina van projectgebied Centrum en de animatievideo.
De verwachting is dat deze circa 1 keer per 10-15 jaar gebruikt gaat worden. In de toekomst mogelijk nog vaker omdat er door klimaatverandering mogelijk nog vaker piekbuien gaan vallen.
Na 2014 zijn er inderdaad nog meerdere hevige buien in Laren gevallen, maar dat waren geen buien – zoals in 2014 – waarbij 46mm regen in één uur viel. Dat soort buien of zelfs nog extremere buien, kunnen we wel weer verwachten door de klimaatverandering. Deze buien komen volgens de statistieken eens in de 10-15 jaar voor.
Bij het vaststellen van het Masterplan in 2019 heeft de gemeenteraad de keuze gemaakt om een bui van 46 mm als uitgangspunt te nemen. De oplossing van de natuurlijke vijver kan 1.800 m3 regenwater bergen, wat overeenkomt met een bui van 60mm. Een nog heviger bui als uitgangspunt nemen, zou betekenen dat er ook op andere plekken in het centrum maatregelen nodig zijn. Dat betekent hogere kosten en soms ook meer (tijdelijke) overlast of ingrepen.
Overigens ontstaat er door alle maatregelen van LRK een nieuwe ‘nulsituatie’. Dus stel dat er straks een bui valt van 80mm in een uur, dan wordt de eerste 60mm daarvan opgevangen via alle maatregelen van Laren Regenklaar. De resterende 20 mm blijft dan tijdelijk op straat staan en kan op sommige plekken voor (enige) overlast zorgen. De kans op grootschalige schade is dan veel minder groot.
We gebruiken het Hertenkamp al als waterberging. Hierdoor loopt er minder water over straat naar het centrum / De Brink. De capaciteit van het Hertenkamp is niet genoeg om ook nog het water van de Brink erbij te kunnen hebben. Bovendien ligt het Hertenkamp hoger, dus zou er een pomp met pompput en een persleiding nodig zijn om water van de Brink naar het Hertenkamp te kunnen brengen.
Een pompput is een bak waarin water wordt opgevangen. Vanuit die bak kan het water dan weggepompt worden. Zo’n pompput moet een grote capaciteit hebben.
Een persleiding is een smalle rioolbuis. Deze kan ondergronds aangelegd worden via een boring (dure oplossing) of door de straat open te leggen (iets minder dure oplossing).
In het centrum van Laren komt het grondwater komt tot ongeveer 150 – 250 cm onder maaiveld (= niveau van paden/gras). Het grondwaterpeil is in de winter door regenval en minder verdamping meestal hoger dan in de zomer. Dat kan tot 100 cm schelen.
Er is een totaalbudget van ca. 12 miljoen euro. Daarvan is ca. 75% bestemd voor uitvoering maatregelen en de rest zijn projectkosten (personeel, ingenieursbureaus, communicatie, externe adviezen).
De gemeenteraad heeft in 2019 al ingestemd met het Masterplan en daarmee met dit bedrag. Het geld komt beschikbaar door een verhoging van de rioolheffing voor alle inwoners van Laren voor ene periode van een aantal jaar.
Specifiek voor de uitvoering van een waterberging op de Brink is ca. 300.000 euro gereserveerd.
Het water dat in de berging komt, stroomt via het maaiveld naar de berging toe. Wanneer het riool overbelast raakt, kan er ook water uit het riool uit de straatkolken stromen. Dit loopt dan ook via het maaiveld naar de berging. Dit kan lichtvervuild water zijn (vooral regenwater van piekbui, vermengd met enig afvalwater). Door de maatregelen van Laren Regenklaar in de hoger gelegen delen van Laren is de kans op overbelasting van het riool in de toekomst minimaal. De waterdruk vanaf het maaiveld het riool in, blijft dan hoger dan de druk het riool uit.
De hoeveelheid vuil die in de berging en vervolgens via infiltratie in de bodem terechtkomt is marginaal. We hanteren hierbij standaard richtlijnen. Ook is er afstemming hierover met het waterschap en de waterwinbedrijven. Regenwater van daken of wegen kan gewoon in de bodem geïnfiltreerd worden.
Bomen Brink
Ja, door Hoefakker is er een zogenaamde Bomen Effect Analyse opgesteld. Dat onderzoek is hier te vinden. Deze BEA beschrijft het effect op de bomen van een aantal van de eerder ingediende oplossingen. Inmiddels is de best scorende oplossing, de natuurlijke vijver, in diepte en contouren nog iets aangepast. Daarom hebben we met bureau Hoefakker gesproken over het effect van deze aangepaste variant op de omliggende bomen. De nieuwe informatie die dit heeft opgeleverd is te vinden op deze webpagina.
doen er alles aan om schade aan de bomen bij de aanleg tot een minimum te beperken, zodat ze kunnen blijven staan. Hoe we dat doen lees je op deze webpagina.
We doen er alles aan om schade aan de bomen bij de aanleg tot een minimum te beperken, zodat ze kunnen blijven staan. Hoe we dat doen lees je op deze webpagina.
Bomen zijn gevoelig voor schommelingen van de grondwaterstand, maar het effect van de natuurlijke vijver op de grondwaterstand is beperkt. Het effect van langdurige droogte of neerslag is vele malen groter. Lees er meer over op deze webpagina.
• De bodemgesteldheid schiet ernstig tekort, zowel in biologisch als in fysisch opzicht. Waarbij het één het gevolg is van het ander. Afgezien van de vele fysieke beschadigingen zijn door de jarenlange afvoer van organisch materiaal, in combinatie met de intensieve betreding en de verdichting van de bodem de omstandigheden op de Brink in een zorgelijke toestand terecht gekomen.
• Hierdoor wordt het regenwater traag opgenomen in de bodem en ontstaan er plassen. Ook het regenwater uit omliggende straten stroomt naar de Brink en kan onvoldoende worden afgevoerd omdat ook de straatkolken overbelast raken. Het grondwaterpeil bevindt zich daarentegen op een diepte van 232 cm. (momentopname; zomer 2020) hetgeen betekent dat de bodem voldoende capaciteit heeft om het nodige regenwater te kunnen bergen. Mits het snel genoeg kan infiltreren.
• De eiken, vooral in het noordelijk deel van de Brink, staan op relatief korte afstand van elkaar. Door lichtgebrek krijgen afzonderlijke exemplaren onvoldoende ruimte om zich verder te kunnen ontwikkelen.
• Het merendeel (91,8%) van het bomenbestand heeft een goede tot redelijke fysiologische conditie en slechts 6,2% een matige tot zeer slechte conditie.
• Ondanks de verslechterde bodem maken de bomen over het algemeen toch een vitale indruk.
• Van de 8 bomen met een matige tot zeer slechte conditie zouden er 4 gekapt moeten worden vanwege een slechte levensverwachting en het risico van takbreuk. De 4 andere matige eiken hebben nog voldoende vitaliteit en kunnen behouden blijven door een gerichte groeiplaatsverbetering uit te voeren.
• Daarnaast zouden er te zijner tijd 6 bomen verwijderd kunnen worden om meer groeiruimte te creëren voor andere exemplaren. Hierdoor vindt een betere lichttoetreding plaats hetgeen de levensverwachting van deze omringende bomen ten goede komt.
• Het eventueel aanplanten van nieuwe bomen dient achterwege te blijven.
Eisen / voorwaarden waterberging
Minimaal 1.400 m3. Dit is als volgt berekend: bij een bui zoals de hoosbui van 2014 valt er 46 mm water in een uur per m2 oppervlak (5 emmers water!). Het riool in projectgebied Centrum kan 24mm water in een uur verwerken wanneer Laren Regenklaar alle gebieden heeft uitgevoerd. Die extra 22mm per m2 is in totaal 1400 m3 water voor het hele projectgebied.
Als het hele projectgebied overal even hoog zou zijn, zou het inderdaad meevallen. Maar sommige delen liggen lager dan andere, zoals de Brink, de Rijt en de Kerklaan. Daar stroomt al dat water dan naartoe, zodat daar alsnog zoveel water op straat kan komen te staan dat het naar binnen kan lopen bij woningen en andere (winkel)panden.
De gebieden zijn bepaald door hoogtelijnen. Al het water dat bij regen vanzelf naar de Brink stroomt, hoort tot projectgebied Centrum. Water stroomt naar het laagste punt in dit projectgebied: de Brink. Dat kunnen we niet aanpassen. In omliggende gebieden stroomt water ook (indirect) naar de Brink. Hier hebben we echter ruimte in de bermen en in de bodem om het water lokaal in deze gebieden te laten infiltreren.
Ja, dat mag. Dan is er ook bij buien van meer dan 46mm in een uur nog capaciteit om regenwater op te vangen. De oplossing van de natuurlijke vijver heeft een bergingscapaciteit van 1.800 m3. Daarmee kan een bui van 60mm worden opgevangen.
De eisen staan beschreven op de webpagina met het eisen- en wensenpakket.
Zie onderstaande kaart voor het zoekgebied:
Uitvoering werkzaamheden en voorbereiding hiervan
We werken in de periode december – april. Dat is de periode dat de bomen geen blad hebben. Zo minimaliseren we de kans op schade aan de bomen. De werkzaamheden duren naar verwachting 4-6 weken.
We werken in de periode december – april. Voor de werkzaamheden moeten we nog een aannemer selecteren. Dat betekent dat we nog afspraken kunnen maken over de precieze periode van werkzaamheden. De locatie van Wintervillage ligt niet binnen het werkgebied voor de aanleg van de natuurlijke vijver.
Vanwege het beschermde dorpsgezicht is een omgevingsvergunning nodig. Deze wordt verleend door de afdeling vergunningen van de gemeente Laren. Daarbij wordt gekeken naar de cultuurhistorische onderbouwing van het ontwerp.
Een natuurlijke vijver is wat de gemeente betreft cultuurhistorisch verantwoord. Op de Brink lag tot ca. 1930 namelijk een natuurlijke vijver. Daarna is de huidige betonnen vijverbak aangelegd als zogenaamde spiegelvijver. De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit van de BEL Combinatie heeft het team van Laren Regenklaar bij wijze van pre-advies gevraagd om een cultuurhistorische onderbouwing. Hier wordt op dit moment aan gewerkt, zodat deze kan worden toegevoegd aan de aanvraag voor de omgevingsvergunning.